Soms vermoeden artsen dat het klein blijven een erfelijke kwestie is, bijvoorbeeld als de ouders van het kind ook klein zijn. Er wordt dan gesproken van een familiaire kleine lengte. Hoe lang een kind uiteindelijk wordt, is mede afhankelijk van het moment waarop de puberteit begint.
De oorzaak van deze kleine lengte wordt gezocht in de familie. Dat wil zeggen in de erfelijke factoren. De ouders van het kind zijn dan ook aan de kleine kant. De verwachte eindlengte valt binnen het streefgebied, dat wil zeggen dat de eindlengte past binnen de verwachtingen, gezien de eindlengte van de ouders. Het kind ontwikkelt zich normaal.
Hoe lang iemand wordt, is voor een groot deel erfelijk bepaald. Zo krijgen lange mensen, meestal ook lange kinderen. Hetzelfde geldt voor kleine mensen. Daarnaast bepalen ook andere factoren de groei zoals gezonde voeding, voldoende beweging en infectieziektes. Onderstaande formule wordt gebruikt om de verwachte eindlengte van een kind te berekenen:
Bij het stellen van de diagnose "familiaire kleine lengte" gaat de arts uit van de volgende kenmerken:
Sommige kinderen met een familiaire kleine lengte blijven in de puberteit extra achter in groei. De oorzaak hiervan is een late puberteit.
Turner syndroom
Meisjes met het Turner syndroom zijn vaak kleiner dan gemiddeld. Bij dit syndroom missen meisjes een X chromosoom. Door het gebruik van groeihormonen kan de lengtegroei gestimuleerd worden.
Zie ook: Turner syndroom.
Achondroplasie
Achondroplasie (ook wel dwerggroei) is een erfelijke aandoening waarbij de vorming van kraakbeen in de lange pijpbeenderen gestoord is, waardoor zich geen normale groeischijf ontwikkelt.
Zie ook: dwerggroei.